Spelling Pim-Pam-Pet

Kies de spellingcategorie die je wilt oefenen.
Neem een blad papier en een pen. De jongste begint.
Draai aan het rad en maak een woord met die beginletter en schrijf het op. Je krijgt 20 seconden om een woord te bedenken. Weet je het niet, dan mag de tegenstander met die letter een woord bedenken en gaat jouw beurt voorbij.
Nu is de ander aan de beurt. Speel je met z’n tweeën en wist jij geen woord? Dan mag je tegenstander dus twee keer achter elkaar.
Wie aan het einde de meeste woorden heeft, heeft gewonnen.